Rubberlaarsjes
Het is zomervakantie en heerlijk weer. De hut in het bos is klaar en we verzinnen wat we nu gaan doen. We komen al snel een paar vrienden tegen die bezig zijn met het bouwen van een vlot. Wij sluiten aan en gaan helpen. Nu we met vijf kinderen zijn moet het vlot wel een stuk groter worden. We willen er wel met z’n allen op kunnen varen. Planken, piepschuim en gereedschap worden uit alle schuren thuis gehaald. Het eerste deel wordt uit het water gehaald en een nieuw deel maken we daaraan vast. Nu het vlot groot genoeg is laten we m weer in het water zakken. Het geheel blijft drijven en we leggen het vlot aan de kant vast. Het is nu eerst etenstijd. Bij terugkomst willen we eerst testen of het ook stevig genoeg is om op te staan. Een vriend gaat op het eerste deel staan, dat gaat prima. Over het nieuwe deel is nog wat twijfel. Omdat ik de kleinste ben en rubberlaarsjes aan heb, besluiten we dat ik het nieuwe deel zal uitproberen. Voorzichtig stap ik erop, ta da, het is gelukt! Ik blijf stil staan en ondertussen overleggen we wie er nog meer op het eerste deel kan gaan staan.
Na 10 tellen merk ik dat mijn voeten in mijn laarsjes nat worden. Op de kant beginnen ze te roepen dat ik er snel af moet komen. Ik sta ondertussen tot mijn middel in het water. We moeten iets anders verzinnen om het vlot beter te laten drijven. Nu eerst maar even naar huis wandelen om droge kleren aan te trekken. Wow, het is wel zwaar lopen met die natte kleren. Pas halverwege de weg naar huis kom ik erachter dat mijn laarsjes nog vol zitten met water. Na het leeggooien loopt het een stuk makkelijker naar huis en al snel kunnen we met droge kleren aan gaan verzinnen hoe we dit vlot beter kunnen laten drijven.
Reactie plaatsen
Reacties